Jaja. Ja. Successerie Schoh La La, al 'de triomf van het nieuwe modernisme' genoemd in diverse literaire tijdschriften, heeft nu zoveel plot dat er toch een beetje afwikkeling noodzakelijk begint te worden: gaat Flush werkelijk Senilica vermoorden? Is Rafael Grolpapper niet onbewust boos dat Chop Suey zijn vader heeft uitgeschakeld? Hoe komt het dat Hankotreur weer rondloopt, terwijl hij aan het slot van de allereerste reeks Schoh La La's door diezelfde Chop Suey, toen nog een onmondige baby, aan flarden werd geschoten? Wordt er nog iets gedaan met de eveneens teruggekeerde, maar destijds ook zeer neergeschoten Snikkel? En zullen we nog meer zien van Toppie, die zich verkleed had als Non Jenedisrien? Deze vragen en meer zullen vragen blijven in de komende aflevering, waarin er nog meer plot bij komt en het hele verhaal verandert in een bloedige, adembenemende thriller...
(Een sfeervol verlicht penthouse aan de rand van het park van waarzichditookmaarafspeelt. Een zachte rode sofa kleurt prachtig bij het harde linoleumvloertje, en de ruimte wordt verder gevuld door een plant en een schimmig figuur die zich daar achter verschuilt.)
Beer: Ik hoop maar dat ze zo thuiskomt, als ze nog thuiskomt. Shit. Ik had naar die YouTube-tutorial moeten luisteren en groene schmink hebben opgedaan.
Krakende stem: En je moeten (Beer schrikt.) onthouden van een monoloog jongen.
Beer: Waar, wie bent u? De sofa?
Krakende stem: Over het algemeen is het vrij tot bijzonder onverstandig om hardop tegen jezelf te gaan babbelen als je je ergens verstopt.
Beer: Zeg op, waar zit je?
Krakende stem: Natuurlijk wordt het weleens gedaan in de film en dat is reuze indrukwekkend, maar jongen, dat is allemaal Hollywood. In het echt is het minder glamour. Uren wachten, je eigen lunchpakketje vloeibaar tot je nemen, uren wachten, één keer knipperen en de informatie schiet weg. Dát is de dagelijkse praktijk.
Beer: Waar zit je? Zeg op!
Krakende stem: Hier…. Ik heb geklommen en geklommen en geklommen want ik was gevallen en gevallen en gevallen en gevallen en ik weet niet waarom ik hier terecht gekomen ben en wie die schimmige figuur achter de plant is… Maar jou, jou heb ik eerder gezien… (Beer richt de lamp op de vloer waar de stem vandaan komt. Het is Non Tiekero die probeert uit een luik in de vloer omhoog te klimmen.)
Beer: Eerwaardig moedertje, laat me u helpen…. (Hij probeert haar de hand te reiken, maar al snel springt de schimmige figuur achter de plant tevoorschijn en duwt Non Tiekero terug en klapt het luik dicht. Non Tiekero’s vingers zitten ertussen.)
Voorheen Krakende stem/Non Tiekero: Ow! Ahahaaaaaaaaaaaaaaaaaaha! Ow, crunch!!! Auw! Aaaaah! (De schimmige figuur opent het luik. Non Tiekero laat met een van pijn vertrokken gezicht de rand los en valt terug in het gat.) Aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaah! (De schimmige figuur trapt het luik dicht en treedt naar voren. Het is Non Fictie.)
Non Fictie: Ziezo. Die zien we voorlopig even niet meer terug. En nu tussen ons mensenhandelaar. Ik ben ontsnapt aan mijn nieuwe baas, de Russische slavendrijver uit Minsk die mij Pussy Riot noemde en me in bed dienovereenkomstig behandelde. En jij gaat ervoor boeten en die non die mij aan jou heeft uitgeleverd. Ze staat bovenaan mijn dodenlijst, net onder jou. (Ze trekt een geweer uit haar decolleté.)
Beer: Doe het niet! Ik heb een slechte jeugd gehad en alles is verklaarbaar, bovendien.... Het is niet echt mijn schuld. De wereld is een grote boze samenzwering tegen mij en ik en mij en ik, en niemand die voor mij opkomt behalve mij en ik en mij en ik. Het begon al met mijn hilarische middelbare schooltijd. Hilarisch, omdat ik alle leuke grappen maakte. Hilarisch, omdat ik ze zelf verzon. Maar niemand wilde ze erkennen, hoewel ze vaak zich suf lachten, en best vaak eigenlijk, waardoor ik ze steeds moest herhalen. Ik voelde me net een bejaardenverzorgster die met de koffie rond gaat. Ik voelde me net de bejaardenverzorgster die met de koffie rond gaat. Zie je nu? Ik ben dijenkletsend leuk en jij lacht niet eens. Wacht maar. Ik ben net de bejaardenverzorgster die met de koffie rond gaat. Dat is leuk, want die moeten vaak herhalen wat ze zeggen, meestal of de oudjes koffie bliefen, omdat die ouwe zakken stokdoof zijn. En ik moet dus en moest dus mijzelf ook echt heel vaak herhalen. Leuk ben ik. Zie je hoe leuk ik ben?
Non Fictie: Ehm... (Beer maakt van de afleiding gebruik en slaat haar met een ferme kaakslag tegen de grond. Hij ontwapent haar en duwt haar bewusteloze lijf eens flink in de ribben. Geen reactie.)
Beer: Het is waar. Nergens kreeg ik de erkenning die ik verdien. Nu wel, nu ik lekker voor mezelf werk in deze harde bussiness. Het is net showbussiness maar dan minder gay. Och, natuurlijk zijn sommige mensen dol op mij, net zoals sommigen Willem Ruijs verafgoden of Ome Willem, maar die weiger ik te zien. Ik bedoel, aan een vaste fanschare heb je niet zo veel in de vrouwenhandel. Ja, één keer heb ik geprobeerd om een Meet en Greet te houden tijdens een van mijn tegelmatig terugkerende ontvoeringen van geile wijven. Maar ja, het werkte niet helemaal lekker toen ik met chloroform bewapend een non besloop, die gewaarschuwd werd door een megagroot spandoek waarop stond Beer, geef die non, dat stiekem geile wijf, op haar bakkes een reuzepeer, en niet achterom kijken hoor nonnetje, want daar loopt onze grote held, ons dagelijks zonnetje, in de treurigheid van dit bestaan, en zijn hier geen zitplaatsen, kunnen er stoelen worden bijgeschoven, of moeten we de hele tijd staan?
Krakende stem: Zoals ik zei, alleen amateurs houden monologen bitch. (Beer opent het luik, pakt het zwaarste meubel uit de kamer en gooit het erin.) Ik...wat...o, boink!! Aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaah!!!!!
Beer: Dat zal je leren, uitgezakte, verrimpelde flodderblaas. Zak diep en dieper. De Beer wordt niet gestoord als hij monologiseert. Ik hoop dat je die les hebt geleerd, lekkende vetklep. En nu ik weer alleen ben, kan ik monologen tot ik erbij neerval. Zoals over die dag dat ik besloot dat mensenhandel the way to go was voor mij: ik was zestien en zat in de snackbar knakworsten te slobberen met die Mexicaanse uitwisselingleerling uit vier VWO met die veel te strakke broeken en die open shirtjes en die halsketting die mij helemaal had ingewijd en mij mee wilde nemen naar de plantage van zijn vader die hij met cyaankali naar de andere wereld wilde helpen zodat hij daar jonge, blanke jongens aan het werk kon zetten met niets anders aan dan een jockstrap. Ik weet nog dat ik dacht: knakworsten, Mexicaan met strakke broek en open shirt, jockstrap, plantage, neen. Neen. Neen! Ik wilde vrouwen. Vrouwen met borsten en zo. En ik kreeg het goede idee om de plannen van de Mexicaan te combineren met die van mezelf. Ik verhandelde mijn eerste vrouw koud twee maanden later: een rijpe, welgevormde, briesende MILF met de woeste aantrekkelijkheid van een Amazone en de stamina van een brulkikker. Ik snoerde haar in en verkleedde haar als jongetje. De Mexicaan hapte gretig toe. Ik bedoel: wat weten ze in Mexico? En zo heb ik hem al die jaren voorzien van plantagewerkers, totdat hij werd neergeschoten door een stel Russische maffiatypes, je weet wel, van die Putin-adepten en nu werk ik dus voor de Russen. De laatste tijd loopt het echter niet zo lekker. Mijn voorzieningenbron in het klooster werd sloppy. Ik moet haar uit de weg ruimen en een nieuwe zoeken. Die vrouw is zo goed als dood. Ik kan haar rustig vermoorden. Ze zal toch niet praten, want ze zegt nooit iets. (De deur gaat open. Een duistere gestalte staat in de deuropening.)
Duistere figuur: Wie ik ben doet voor dit moment even niet terzake. Maar als je erop staat het beestje, een duistere figuur, een naam te geven, noem mij dan Van Billendoendeinen. Gewoon op z'n Hollands. Niks geen sjiek gedoe in die naam, want daar heb ik de schurft aan. Je kan je, en dat zal je ook, je afvragen wie ik ben en wat ik hier in het geheel der dingen kom bijdragen. Nu. Ik liep zojuist langs de afvalkoker van dit gebouw toen het luik openklapte en tot mijn verbazing een krasse, maar toch duidelijk bejaarde non uitspuwde. Ze zette haar kapje goed, zei iets van: o, shucks, en begon weer omhoog te klimmen. Daar moest ik het mijne van weten, omdat ik nu eenmaal geweldig ben. Toen ik op deze verdieping rondstruinde hoorde ik een zacht gemompel en weldra ontcijferde ik een monoloog over hoe goed die persoon in kwestie was en hoe slecht de wereld om hem heen. Verrek, dacht ik, dat zal toch niet een opname zijn van de stakeholdersvergadering van het bedrijf waar ik al jaren de omzet in mijn eentje omhoog katapulteer? Of van het verjaardagsfeestje van mijn zuster Ursula? Hoe dan ook, de monoloog ging erover hoe de persoon in kwestie ontzettend geilde op zichzelf and so do I. Dus ja, misschien zijn die witte vlekken in de vloerbedekking op de gang er lastig uit te krijgen, maar denk eens hoeveel geld dat kleedje waard wordt als ik eenmaal onder de zoden lig, als dat tenminste mogelijk is natuurlijk. Maar je knakworsten en Mexicaanse manvrouwenverhaal heeft ten zeerste gewerkt want mijn libido voor mijzelf kreeg even een halt toegeroepen omdat mijn honger voor knakworsten groeide. Daarom mijn vraag: heb je knakworsten en zo ja, gimme gimme gimme a knak after midnight. Of, om in het gewoon Nederlands te zeggen, en dus niet verwijzend naar culturele hoogtepunten die men pas kent na drieduizend urenstudie, ABBA, mag ik een knakje?
Beer: O wow, ik vind je zo hot op dit moment, duistere figuur, van wie het overduidelijk is dat je Seniel bent, of zijn dochter, maar in het laatste geval zou je nooit over Non Tiekero praten alsof je haar niet kent. Kom mee, ik laat je mijn knak zien en plet je tot filet americain.
Duistere figuur: O baby. (Ze verdwijnen in een kamer. Op de vloer begint Non Fictie weer te bewegen.)
Non Fictie: Ik ben weer bij. Die Beer denkt dat ik zo’n kaakslag niet kan hanteren, zeker. Moet hij zelf eens met een paar Russen gaan wonen, dan piep je wel anders. Gelukkig heb ik nog een pistool en ik ben niet bang het te gebruiken. (Ze graait in haar decolleté naar een tweede vuurwapen.) Zelfs niet als ik er essentiële castleden mee neer zou knallen van wie we een hoop plotontwikkeling verwachten. Kijk maar. (Non Sequitur komt binnen.)
Non Sequitur: Hey Beer, heb je mijn nieuwe megahooters al gezien? (Ze opent haar habijt. Non Fictie vuurt af tussen haar ogen.) O crap. Nu is het laatste woord dat ik ooit gesproken heb geloof ik ‘megahooters’... (Ze valt dood neer.)
Non Fictie: En nu voor de rest van mijn plan. (Ze opent de deur van de slaapkamer waarin Beer en de duistere figuur verdwenen zijn en schiet haar pistool erin leeg.) Eet lood, seksmaniakken. (Dan legt ze het geweer in de hand van Non Sequitur.) Damn, ik zou die megahooters van haar wel willen hebben. Neen, er is geen tijd. (Ze rent weg, ontsnapt door het keukenraam en is verdwenen. Even is het stil. Dan komen gymnastiekleraar Flip en leerlinge Stoyanova binnen.)
Flip: Dit is het bachelor pad van mijn goede vriend Beer. Hij is nooit thuis, dus het is de perfecte make out place voor een jonge, goed afgetrainde gymnastiekleraar als ik en een overrijpe zesdeklasser zoals jij.
Stoyanova: Ik weet het, ze hangen, neen dat is het juist niet, ze staan er prima bij. Soms voel ik mij gewoon zo verloren in dit lichaam. Geestelijk wil ik giechelen, poesjes aaien, huppelen, hoepelen en zingen, maar mijn lichaam wil..... (bloost).
Flip: Zeg niets meer... Ik ben precies degene die je zoekt. Ik maak gebruik van mijn charmante, jongensachtige voorkomen gemengd met mijn stoppelbaardachtige, gespierde voorkomen om precies die twee delen in je aan te spreken, zodat je straks zonder gene je borsten laat zien en in de overtuiging bent dat het je kinderlijke geest was die zich openbaarde aan mijn jongensachtige voorkomen. Meid, geen enkel schuldgevoel dus voor de komende jaren.
Stoyanova: Oeh.... Ik heb in ene zin om die zijkamer in te gaan en je een geheimpje te verklappen in de trant van dat ik mijn pas aangegroeide venusdons direct heb afgeschoren, en dat ik dat heel onschuldig in je oor fluister en aan je oorlelletje lik, net als in Alladin.
Flip: Ik doe het liever hier op de tweezitssofa eigenlijk.
Stoyanova: O, dat is ook heel romantisch. Dan kan ik je onder het nuttigen van een glaasje wijn alles vertellen over mijn venusdons en het daaraan verbonden groeiproces. Venusdons is namelijk beharing op de schaamstreek dat vanaf de puberteit groeit, en het begin van deze haargroei kan in leeftijd verschillen van ± 9 tot ± 17 jaar, met een gemiddelde van 11/12 jaar bij meisjes, en 13/14 jaar bij jongens. De lengte, kleur, hoeveelheid, en dikte van het schaamhaar kan per persoon en per ras verschillen, en is vaak erg lijkend qua structuur en kleur op de wenkbrauwen en minder op het hoofdhaar. Schaamhaar behoort tot de secundaire geslachtskenmerken. Venusdons is erg zacht en kort haar dat op bijna alle plaatsen van het menselijk lichaam groeit. Het is vaak niet langer dan 2-3 millimeter en de haarzakjes zitten niet vast aan de talgklieren. Venusdons is gemakkelijker zichtbaar bij vrouwen en kinderen, omdat zij over minder terminaal haar beschikken. Venusdons dient niet verward te worden met goor haar, een veel dikker soort haar dat zich ontwikkelt op foetussen en de lichamen van anorexiapatiënten, in een poging om het lichaam op temperatuur te houden. In China koken ze er ook soep van, want je moet toch wat met je dochters… Na ongeveer 40 weken, rond de bevalling, verdwijnt het haar en wordt het vervangen door het dunnere vellushaar. Tijdens de puberteit verandert een deel van het vellushaar vervolgens in terminaal haar, een dikkere en meer zichtbare soort, dat zich onder andere op de ledematen ontwikkelt.
Flip: Fascinerend. Kunnen we nu naar het krikgerelateerde gedeelte van de avond? Ik moet mijn push ups nog doen. (Beer komt de kamer uit.)
Beer: Hey you guys, nice koppeltje. Leuk dat jullie er zijn. Ik heb echter zo iets raars meegemaakt. Ik verdwijn met een lekkere squeeze in deze kamer, komt er vervolgens iemand in de deuropening staan die hem vol met lood schiet. Ik laat nooit iemand bovenop beginnen maar deze keer gelukkig wel. Het heeft mijn leven gered.
Flip: Ja.
Stoyanova: Jep.
(Stilte, de karakters kijken elkaar een tijdje onderzoekend aan.)
Flip: Denken jullie wat ik denk?
Allen: TRIO!!